2 el sojasaus
1 el vloeibare honing
400 g kipfilet
300 g pandanrijst (pak 400 g)
1 komkommer
1 bosje radijs
2 el olijfolie
20 g boter
1 zakje bosuitjes (3 stuks), schuin in stukken
4 el sesamzaad (bakje 100 g)
Rasp de groene schil van 2 limoenen, pers de vruchten uit. Maak een marinade van de sojasaus, de honing, de helft van het limoensap en de helft van het rasp. Roer goed. Snijd de kipfilet in plakken. Schep deze door de marinade. Laat 15 min. staan.
Kook de rijst volgens de aanwijzingen op de verpakking. Snijd ondertussen de komkommer in plakken en de plakken in reepjes. Maak de radijsjes schoon, snijd ze in plakjes en voeg ze toe aan de komkommer. Meng de rest van het sap met de olie en schep door de komkommer-radijssalade.
Verhit de boter in een koekenpan en bak de kip in 8-10 min. gaar en rondom bruin. Bak de laatste 2 min. de bosui mee. Rooster ondertussen in een koekenpan zonder boter of olie de sesamzaadjes in 2 min. goudbruin. Snijd de laatste limoen in partjes.
Meng het sesamzaad door de rijst. Serveer de kip met de rijst en de salade. Strooi de rest van het limoenrasp erover en garneer met een plakje limoen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten